Raadpleeg ook literatuurlijst niet-toxische stoffen en behandelingen specifiek bij borstkanker van arts-bioloog drs. Engelbert Valstar

8 mei 2021: Bron: European Journal of Cancer Prevention: May 2021 - Volume 30 - Issue 3 - p 195-203
doi: 10.1097/CEJ.0000000000000664

Wanneer vrouwen die drager zijn van BRCA 1 en/of BRCA 2 mutaties en die nog nooit zwanger zijn geweest, het zwangerschapshormoon humaan choriongonadotrofine (hCG)  gebruiken 3x per week gedurende 12 weken dan blijken er dusdanige veranderingen in de genexpressie plaats te vinden die overeenkomen met wat een eerste voldragen zwangerschap veroorzaakt in de genexpressie bij vrouwen in het algemeen en lijkt de kans op het krijgen van borstkanker aanzienlijk te verminderen.
Want grote studies tonen aan dat een vroege eerste fulltime zwangerschap het risico op borstkanker aanzienlijk vermindert. (zie in referenties onderaan dit artikel) Een eerste volledige zwangerschap herstelt effectief zogeheten genomische en epigenetische veranderingen

Het belangrijkste hormoon dat verantwoordelijk is voor deze risico vermindering op het krijgen van borstkanker is humaan choriongonadotrofine (hCG). Uitgebreide in vitro, dierstudies en klinische onderzoeken hebben aangetoond dat hCG veranderingen in genexpressie en epigenetische markers veroorzaakt, aanzet tot apoptose - geprogrammeerde celdood en borsthuidcellen beschermt tegen transformatie, en daardoor het ontstaan van borsttumoren remt.

Wetenschappers onderzochten samen met de universiteit van Gent bij 33 vrouwen die nog nooit zwanger waren geweest maar wel draagster waren van een BRCA 1 of BRCA 2 mutatie, wat het effect is van toediening van het zwangerschapshormoon humaan choriongonadotrofine (hCG) op de genexpressie en andere epigenetische veranderingen. 

Om in de studie te worden opgenomen, moesten de deelnemers gezond zijn, dus zonder ziekte of eerder borstkanker te hebben gehad, tussen 18 en 30 jaar oud zijn, nog nooit zwanger zijn geweest en dragers van de BRCA1- of BRCA2-mutatie. Na de 12 weken van 3x per week toediening van het humaan choriongonadotrofine (hCG) volgde een intensief vervolg traject waarin de vrouwen jarenlang werden gevolgd. Waarbij alle deelnemers aan het onderzoek het onderzoek afmaakten en werden tijdens het onderzoek drie biopsieën van de borst genomen.
Naast frequent onderzoek van genexpressie en borstweefsel enz. werd via echografisch onderzoek van het endometrium, de baarmoeder en de eierstokken uitgevoerd met een vaginale sonde (7,5 Hz, Medison, Duitsland) voorafgaand aan de start van de r-hCG-behandeling en daarna elke maand.

Uiteindelijk bleken de resultaten opmerkelijke veranderingen te geven overeenkomend met veranderingen veroorzaakt door een eerste voldragen zwangerschap. Zie details in Fig. 3.

De hormonale veranderingen vertaal ik maar niet want heb daarvan te weinig kennis. Maar dit schrijven de onderzoekers daarover:

Hormonal changes

During the r-hCG administration, there was a drop in FSH and LH levels. FSH decreased from 3.6 (2.4–5.2) mIU/mL (reference time: T1 = week 1) at the start of the study to a significantly lower value of 1.9 (1.3–2.8) mIU/mL (mean ratio 0.54 (0.35–0.83), P = 0.021) at week 5. The subsequent FSH levels were not significantly different. The LH levels significantly decreased from 5.7 (4.3–7.7) mIU/mL at the start of the study to 1.6 (1.2–2.2) mIU/mL (mean ratio 0.28 (0.2–0.38), P < 0.001) at week 5, and 3.9 (2.8–5.7) mIU/mL (mean ratio 0.69 (0.48–0.99), P = 0.098) at week 9. During the last month of r-hCG administration, the LH normalized. After the administration of the study medication, LH was not different from values at the beginning of the study.

We observed that the response to r-hCG treatment evaluated by the number of DEGs varied between study participants. The response evaluated in DEGs varied in relation to the history of contraceptive use; we assessed whether this variation could be explained by differences in hormone levels during the study. The following differences were observed:

Firstly, both LH and FSH levels were significantly higher ((LH at week 5 (P = 0.003, mean ratio = 2.91) and FSH [at weeks 5, 9 and 13 (pooled analysis)] (P = 0,028, mean ratio low responders to responders = 1.98)) in the noncontraceptive-low-responder group (Supplementary S8, Supplemental digital content 1, http://links.lww.com/EJCP/A320).

Secondly, responders had a higher level of estradiol (P = 0.078, mean ratio = 0.55) and progesterone (P = 0.01, mean ratio = 0.2) compared to low responders at week 1 (Supplementary S8, Supplemental digital content 1, http://links.lww.com/EJCP/A320). There was a remarkable reduction for both estradiol and progesterone in responders at week 5 and a peak at week 9, and after that time, the levels of estradiol and progesterone decreased. Generally, the mean levels of estradiol and progesterone in the responders were always higher than those in the low responders at each time point during the first 36 weeks of the trial.

Thirdly, the mean hCG level was 206 (180–237) IU/L at weeks 5, 9 and 13 in the low responders; it was significantly (P < 0.005) higher than the mean value 154 (134–178) IU/L in the responders (mean ratio low responders to responders = 1.34). The levels of prolactin were not significantly different between groups, not even when they were pooled (Supplementary S8, Supplemental digital content 1, http://links.lww.com/EJCP/A320).


Concluderend toont deze studie voor het eerst aan dat toediening van het zwangerschapshormoon humaan choriongonadotrofine (r-hCG)  bij jonge vrouwen die drager zijn van BRCA1 / 2-mutaties voor de preventie van borstkanker haalbaar en veilig is. De RNA-sequencing-analyse toonde aan dat behandeling met r-hCG een opmerkelijk effect heeft op het genexpressieprofiel van borstweefsel van BRCA1 / 2-dragende vrouwen die geen hormonale anticonceptiva gebruikten, terwijl het gebruik van anticonceptiva tijdens de studie de respons vertraagde en significant het aantal DEG's verminderde.
Toediening van het zwangerschapshormoon humaan choriongonadotrofine (hCG) zou dus wel eens een goede manier kunnen zijn om borstkanker te voorkomen. Niet alleen bij BRCA dragers maar ook bij vrouwen in het algemeen die nog nooit zwanger zijn geweest. 

Het volledige studierapport is gratis in te zien of te downloaden. Klik op de titel van de studie:

BREAST CANCER

Prolonged recombinant pregnancy hormone use in BRCA1 and BRCA2 mutation carriers

Depypere, Hermana; Su, Yanrongb; Dang, Nhib; Poppe, Brucec; Stanczyk, Frankd; Janssens, Jaake; Russo, Joseb

Author Information
European Journal of Cancer Prevention: May 2021 - Volume 30 - Issue 3 - p 195-203
doi: 10.1097/CEJ.0000000000000664

Abstract

Background 

An early first full-time pregnancy substantially reduces the risk of developing breast cancer later in life. Extensive studies indicate that this protective effect is mediated by the pregnancy hormone human chorionic gonadotrophin (hCG).

Methods 

In this proof-of-concept study 33 women with a BRCA mutation received recombinant-hCG (r-hCG). A 4-mm breast biopsy was obtained before (T1) and after 12 weeks of r-hCG injections (T2), as well as 6 months later (T3). The tissue was examined using RNA-sequencing methodology to determine if the ‘high-risk’ transcriptomic signature was converted to a ‘low-risk’ signature as in an early first full-time pregnancy. A stringent clinical safety monitoring was performed.

Results 

The r-hCG administration was well tolerated in all participants. No clinically relevant changes were observed. In 25 women, the RNA quality was good for RNA sequencing in all three breast tissue biopsies. In response to the r-hCG, we observed 1907 differentially expressed genes (DEGs) (1032 up, 875 down) at T2 vs. T1 and 1065 DEGs (897 up, 168 down) at T3 vs. T1 in the group of women (n = 11) not using any hormonal contraceptives during the study. There was no response at T2 vs. T1 and a small number of DEGs, 260 (214 up, 46 down) at T3 vs. T1 in the group of 14 women using contraceptives.

Conclusions 

In summary, r-hCG has a remarkable effect on the gene expression profile of breast tissues from BRCA1/2 carriers who did not use any contraception. This opens an opportunity for a novel preventive strategy to reduce the incidence of breast cancer.

Acknowledgements

The study medication was provided to us by a grant of Think Pink, Belgium and ECP.

R.J. conceived and supervised the whole project; D.H. carried out the clinical trial, collected samples, analyzed hormone and ultrasound analysis and drafted the manuscript; S.Y. received all biopsy samples, performed histological analysis, extracted total RNAs and drafted the manuscript; D.N. carried out RNA-seq analysis and drafted the manuscript. P.B. is the clinical director of the department of genetics. He was involved in the counseling of high-risk women. He recruited women from his database of BRCA carriers and designed the invitation letters approved by the ethical board of the University Hospital. S.F. helped us during the design of the study and helped interpret the data. J.J. helped us in the design of the study. He shared with us his extensive experience with the Spirotome system, coordinated the handling of the biopsies and cosupervised the project.

Conflicts of interest

There are no conflicts of interest.

References

Bernstein L, Hanisch R, Sullivan-Halley J, Ross RK (1995). Treatment with human chorionic gonadotropin and risk of breast cancer. Cancer Epidemiol Biomarkers Prev 4:437–440.
Depypere HT, Stanczyk FZ, Croubels S, Blondeel PN, Roche NA, Depypere BP, Vanhaecke L (2019). Breast levonorgestrel concentrations in women using a levonorgestrel-releasing intrauterine system. Contraception 100:299–301.
Erler K (1998). Elecsys immunoassay systems using electrochemiluminescence detection. Wien Klin Wochenschr 110 (Suppl 3):5–10.
Evans DG, Harkness EF, Howel S, Woodward ER, Howell A, Lalloo F (2018). Young age at first pregnancy does protect against early onset breast cancer in BRCA1 and BRCA2 mutation carriers. Breast Cancer Res Treat 167:779–785.
Hart SN, Therneau TM, Zhang Y, Poland GA, Kocher JP (2013). Calculating sample size estimates for RNA sequencing data. J Comput Biol 20:970–978.
Jiang X, Russo IH, Russo J (2002). Human chorionic gonadotropin and inhibin induce histone acetylation in human breast epithelial cells. Int J Oncol 20:77–79.
Kazeto S, Hreshchyshyn MM (1970). Tissue distribution of human chorionic gonadotropin. Am J Obstet Gynecol 106:1229–1234.
Kobayashi S, Sugiura H, Ando Y, Shiraki N, Yanagi T, Yamashita H, Toyama T (2012). Reproductive history and breast cancer risk. Breast Cancer 19:302–308.
Kocdor H, Kocdor MA, Russo J, Snider KE, Vanegas JE, Russo IH, Fernandez SV (2009). Human chorionic gonadotropin (hCG) prevents the transformed phenotypes induced by 17 beta-estradiol in human breast epithelial cells. Cell Biol Int 33:1135–1143.
Lambe M, Hsieh CC, Chan HW, Ekbom A, Trichopoulos D, Adami HO (1996). Parity, age at first and last birth, and risk of breast cancer: a population-based study in Sweden. Breast Cancer Res Treat 38:305–311.
Lecompte F, Harbeby E, Cahoreau C, Klett D, Combarnous Y (2010). Use of the immature rat uterotrophic assay for specific measurements of chorionic gonadotropins and follicle-stimulating hormones in vivo bioactivities. Theriogenology 74:756–764.
Meduri G, Charnaux N, Loosfelt H, Jolivet A, Spyratos F, Brailly S, Milgrom E (1997). Luteinizing hormone/human chorionic gonadotropin receptors in breast cancer. Cancer Res 57:857–864.
Miranda Furtado CL, Salomão KB, Verruma CG, Paulino Leite SB, Lopes Rios ÁF, Bialecka M, et al. (2019). Variation in DNA methylation in the KvDMR1 (ICR2) region in first-trimester human pregnancies. Fertil Steril 111:1186–1193.
Mizejewski GJ (1975). Human chorionic gonadotrophin: comparative studies of ovarian uptake in mammals. Comp Biochem Physiol A Comp Physiol 52:29–34.
Peri S, de Cicco RL, Santucci-Pereira J, Slifker M, Ross EA, Russo IH, et al. (2012). Defining the genomic signature of the parous breast. BMC Med Genomics 5:46.
Rafert S, Mariot J, Klett D, Combarnous Y (2016). Involvement of ovarian estradiol biosynthesis and pituitary FSH expression in the mechanism of human chorionic gonadotropin stimulation of uterine growth in immature female rats. J Hormones 2:1–7.
Russo IH, Koszalka M, Russo J (1990). Effect of human chorionic gonadotropin on mammary gland differentiation and carcinogenesis. Carcinogenesis 11:1849–1855.
Russo J, Lynch H, Russo IH (2001). Mammary gland architecture as a determining factor in the susceptibility of the human breast to cancer. Breast J 7:278–291.
Russo J, Santucci-Pereira J, de Cicco RL, Sheriff F, Russo PA, Peri S, et al. (2012). Pregnancy-induced chromatin remodeling in the breast of postmenopausal women. Int J Cancer 131:1059–1070.
Sacchi S, Sena P, Degli Esposti C, Lui J, La Marca A (2018). Evidence for expression and functionality of FSH and LH/hCG receptors in human endometrium. J Assist Reprod Genet 35:1703–1712.
Santucci-Pereira J, George C, Armiss D, Russo IH, Vanegas JE, Sheriff F, et al. (2013). Mimicking pregnancy as a strategy for breast cancer prevention. Breast Cancer Manag 2:283–294.
Srivastava P, Russo J, Russo IH (1997). Chorionic gonadotropin inhibits rat mammary carcinogenesis through activation of programmed cell death. Carcinogenesis 18:1799–1808.
Zendehbad Z, Izadi P, Daraei A, Yekaninejad MS, Nafissi N, Younosi N, et al. (2019). Early parity epigenetic footprint of FOXA1 gene body in normal breast tissue of Iranian women. Iranian Biomed J 23:99–106.
Keywords:

BRCA; breast cancer prevention; recombinant human chorionic gonadotropin

Supplemental Digital Content

Copyright © 2021 The Author(s). Published by Wolters Kluwer Health, Inc.

Plaats een reactie ...

Reageer op "Humaan choriongonadotrofine (hCG), een zwangerschapshormoon, heeft een opmerkelijk effect op het genexpressieprofiel van borstweefsel van BRCA1 / 2 dragers die geen anticonceptie gebruikten."


Gerelateerde artikelen
 

Gerelateerde artikelen

Arc-Well is nieuwe manier >> AI = Kunstmatige intelligentie >> Alcohol vergroot kans op kanker >> Anorexia: Vrouwen met anorexia >> Aspirine en NSAIDs lijken >> Bisphosfonaten lijken preventief >> Black Cohosh = zilverkruid >> Borstkanker is soms erfelijk >> Chemo en bestraling voor kinderen >> Cosmetische borstimplantaten >>